
In de Beekdaeler van 29 mei 2019 verscheen op pagina 2 onderstaande column van mr. J.J.A. Jetten.
De vijfde VVD-bewindsman van het ministerie van Justitie en Veiligheid die het veld moet ruimen, is, ik voorspel het u bij dezen, Sander Dekker. Onlangs moest staatssecretaris Markus Gerardus Jozef Harbers zijn ambt neerleggen, omdat onder zijn verantwoordelijkheid een lijst met criminaliteitscijfers onder asielzoekers werd gepubliceerd, waarbij de zware delicten zoals (pogingen tot) moord en doodslag, mishandelingen en zedendelicten, ondergebracht waren onder het kopje “overige”. Het ging om 79 zedenmisdrijven, 51 zware mishandelingen en 31 verdenkingen van (poging) moord en doodslag. Daardoor leken de cijfers van zware misdrijven te zijn toegedekt en leek het vooral te gaan over diefstallen, heling en drugsdelicten. Harbers erkende, dat de cijfers niet op die manier naar buiten hadden mogen worden gebracht. Omdat dit soort informatie het maatschappelijk draagvlak onder het opvangen van asielzoekers wel eens kon aantasten, was ten departemente besloten tot deze verhullingstactiek. Dat Harbers direct benadrukte, dat de fouten niet opzettelijk waren gemaakt, behoort tot de vaste maar volstrekt ongeloofwaardige VVD-firewall. Want al gauw bleek, dat ambtenaren hem vooraf hadden gewaarschuwd, dat dit wel eens tot narigheid zou kunnen leiden. Het was niettemin gewoon doorgezet en had het vertrouwen tussen de Tweede Kamer en de bewindsman geschonden. Harbers verklaarde in zijn laatste debat: “Ik ben Kamerlid geweest en weet hoe belangrijk het is, dat de Tweede Kamer de goede informatie krijgt.”
Dat is nu precies waarom ik voorspel dat Sander Dekkers ook moet vertrekken. Ook hij is een toedekker. De in Nuth woonachtige hogeschooldocent ir. Toon Peters heeft de laatste jaren pijnlijk ervaren hoe erbarmelijk de rechtspraak in ons land functioneert. Ik heb dat zelf ook meegemaakt, omdat ik vorig jaar voor hem nog een artikel 12 Sv-procedure bij het Bossche Gerechtshof heb gevoerd over een niet vervolgde meineed. Ondanks de richtlijnen die in de Staatscourant van 18 februari 2015 stonden over de strafvervolging van dit delict, hobbelden de raadsheren erover heen als op de glijbaan van een speeltuin. Zij bevestigden daarmee dat de rechtspraak zich in ons land op een slippery slope (hellend vlak) bevindt. Peters werd getriggerd door een rapportage van het World Justice Project Rule of Law Index, waarin stond dat Nederland een vitale rechtspraak heeft die op hoog niveau functioneert en vergeleken met andere landen hoog scoort. Peters analyseerde minutieus hoe dit onderzoek was uitgevoerd en kwam tot de bevinding, dat het allemaal fake was en dat deze conclusie niet kon worden onderbouwd met valide gegevens. De ontdekking van Peters werd wereldkundig gemaakt in De Volkskrant van 21 maart 2019 en dit baarde veel opzien. Het bleek dat de beroepsdeskundigen zich allemaal baseren op deze internationale ranglijst zodra er kritiek klinkt op bezuinigingen, herstructurering van gerechten, hoge werkdruk bij rechters en een mislukt miljoenen verslindend digitaliseringsproject. Intussen waren er op verzoek van Peters ook Kamervragen gesteld door SP Kamerlid Michiel van Nispen aan minister Dekker, maar die liet de beantwoording graag over aan zijn collega Ferdinand Grapperhaus. Die antwoordde doodleuk: “De Rule of Law index is één van de indicatoren die er op wijst dat de Nederlandse rechtsstaat, ook in vergelijking met andere rechtsstelsels, over het algemeen goed scoort. Wij hebben geen aanleiding te twijfelen aan de betrouwbaarheid en objectiviteit van het onderzoek. In samenhang met andere onderzoeken is het naar onze mening gerechtvaardigd uitspraken over het Nederlandse rechtsstelsel hierop te baseren.” De minister gaf verder enkele antwoorden die helemaal niet met de werkelijkheid strookten. Zo zouden in alle landen de burgerrespondenten op dezelfde manier bevraagd zijn, wat niet het geval bleek te zijn.
Toen het artikel over Peters’ onderzoek was gepubliceerd, stelde Van Nispen opnieuw Kamervragen aan minister Dekker, waarvan vorige week de antwoorden kwamen. De minister bleef bij de eerdere beantwoording. Ook nu bleek, dat de ranking van Nederland op het gebied van de rechtspraak voornamelijk gebaseerd is op het WJP-onderzoek. Die zouden dat hebben gedaan aan de hand van vragenlijsten, die “deskundigen” elk jaar zouden hebben ingevuld, maar hoeveel dat er waren vermeldt hij niet. Peters vond uit dat er slechts een handjevol zijn en waarschijnlijk allemaal uit dezelfde hoek. Elke insider weet, dat als een advocaat in het openbaar kritiek uit op de rechtspraak, dat dit hem duur komt te staan. Zij weten ook aan welke kant hun boterham besmeerd wordt. De vragenlijsten die de burgers onder ogen kregen, hadden nauwelijks iets met de rechtspraak van doen. Nu blijkt opeens dat die er bijna niet toe doen bij dit onderzoek naar de kwaliteit van de Nederlandse rechtspraak, terwijl dat eerder wel gesuggereerd werd. De minister beweerde ook stellig, dat het onderzoeksbureau Lightspeed de respondenten in ons land benaderd heeft, maar zij vertelden Peters van niets te weten.
Door het WJP-onderzoek als pauselijk onfeilbaar te beschouwen, houdt minister Dekker een leugen in stand. Hij veronderstelt zelfs met onvoorstelbare arrogantie en naïviteit, dat de Tweede Kamer dit zomaar zal pikken. Het is de frappante houding van een toedekker, die een doekje voor het bloeden heeft gevonden. Dat de werkelijkheid er geheel anders uitziet, weet de minister drommels goed. Toen hij tijdens de verkiezingscampagne op 17 november 2018 in Nuth bijna van de fiets viel, was dat een voorproefje van de vrije val die hij binnenkort als minister maakt.
Jacques
Tja, NL bewindslieden hebben de neiging om kritiek te bagatelliseren. Maar ministers Grapperhaus/ Sander Dekker en ook Feteris (president HR) zijn goed fout bezig om publiek en TK zo’n volslagen verkeerde voorstelling van zaken te geven, dat de NL rechtspraak zo goed aangeschreven staat. Of min. Dekker hierover een vrije val zal maken ?? Iig het respect is aardig verdwenen.
NB NL hoogleraren hebben wel scherpe kritiek op NL rechtspraak. Prof AA Quaedvlieg noteert bij arrest Technip vs Goossens, dat NL rechters 𝒆𝒆𝒏 𝒓𝒆𝒇𝒍𝒆𝒙 𝒗𝒂𝒏 𝒂𝒇𝒌𝒆𝒖𝒓𝒊𝒏𝒈 hebben, als oud-werknemers hun ex-werkgever beconcurreren. Klassenjustitie ?! Prof. Dirk Vissers stelt dat de HR bij deze zaak beslist heeft obv 𝐞𝐞𝐫𝐥𝐢𝐣𝐤𝐡𝐞𝐢𝐝𝐬-𝐨𝐧𝐝𝐞𝐫𝐛𝐮𝐢𝐤. Prof Dick van Engelen verbaast zich over 𝐠𝐨𝐞𝐝𝐞𝐫𝐞𝐧𝐫𝐞𝐜𝐡𝐭𝐞𝐫𝐥𝐢𝐣𝐤𝐞 𝐨𝐯𝐞𝐫𝐝𝐫𝐚𝐜𝐡𝐭 𝐯𝐚𝐧 𝐜𝐨𝐩𝐲𝐫𝐢𝐠𝐡𝐭 door Hof Fasseur-vanSanten. Prof. Quaedvlieg spreekt van een “𝐨𝐧𝐛𝐞𝐠𝐫𝐢𝐣𝐩𝐞𝐥𝐢𝐣𝐤 𝐨𝐨𝐫𝐝𝐞𝐞𝐥”.
NB IMHO is er bij de Haagse I.E. rechtspraak sprake van 𝐧𝐞𝐭𝐰𝐞𝐫𝐤-𝐜𝐨𝐫𝐫𝐮𝐩𝐭𝐢𝐞. Maar het OM behoort tot hetzelfde netwerk ?.
Ook scherpe kritiek op NL IE rechtspraak in Research Handbook on the future of EU copyright – P72.
LikeLike