
Op 21 december 2018 schreef prof. dr. ir. Anton van Putten een artikel met als titel “De Sv-12 procedure als afvoerputje van de strafketen”.
In deel 2 het vervolg:
In een briljant gehouden betoog van advocaat mr. J.M.R. Vlaar, is het voorspelde in steen gehouwen advies van de advocaat Generaal mr. H.H.J. Knol, na bestudering van het klaagschrift, de overige stukken en gehouden pleidooi, door het Hof, terzijde geschoven.
Door het hof is de volgende beslissing genomen.
Beslissing
Het hof,
heropent en schorst het onderzoek in raadkamer tot een nader te bepalen zitting in de raadkamer;
bepaalt dat de op die zitting IB J, MSHM v W en NM J, beklaagden, zullen worden gehoord; onder de toevoeging dat zij zich desgewenst in raadkamer kunnen doen bijstaan of vertegenwoordigen op de wijze zoals voorzien in artikel 12 f, eerste lid van het Wetboek van Strafvordering;
Toelichting
Mr. Vlaar heeft zich in zijn betoog in het bijzonder gericht op de Europese slachtofferrichtlijn en het recht dat slachtoffers hebben dat beklaagden ten minste worden gehoord.
Klagers hebben zich in hun betoog gericht op het waarom van dit klaagschrift en de maatschappelijke rol en voorbeeldfunctie die advocaten hebben in het maatschappelijk verkeer binnen het kader van hun functie en afgelegde advocateneed.
Geef een reactie